Nieuw Mecenaat

Terugkijkend op de eeuw die achter ons ligt zien wij de verbijsterende ontwikkelingen op het gebied van natuurwetenschappen, geneeskunde, technologie en informatica – en zien wij tegelijkertijd  oorlog, armoede, hongersnood, politieke en religieuze corruptie, milieuvervuiling en terrorisme. Ook de Nederlandse samenleving neigt naar verharding; er is sprake van een moderne verzuiling.

 Waar politiek, religie en economie tekort schieten zou het maatschappelijk inzetten van kunst en cultuuruitingen een nieuwe oplossing kunnen bieden?

Kunst en cultuur bezit intrinsieke waarde; het is een bron van inspiratie, stimuleert de verwondering, het verrijkt en verruimt de geest en ontwikkelt het schoonheidsbesef. Het biedt de mogelijkheid tot zelfreflectie en daar uit voortvloeiend zelfrespect en verbroedering. Het laat je buiten de gebaande paden denken; iets waar de huidige samenleving grote behoefte aan heeft. Dit vraagt wel om een actievere houding en inzet zowel onder de kunstenaars en creatieven als bij de overheid, het bedrijfsleven en het publiek.

Modern Mecenaat: Het bedrijfsleven en particulieren in de rol van Mecenas voor de kunsten.

Nederland – en zeker Amsterdam – heeft een oude traditie op het gebied van Mecenaat en opdrachtgeverschap. Het Concertgebouw, het Vondelpark, het Rijksmuseum en het Van Gogh museum zijn allen tot stand gekomen vanuit het Mecenaat. De burgerij; de kooplieden, waren de drager van de nationale democratie en cultuur. Na 1945 heeft de overheid die (hoofd)rol overgenomen bij de ondersteuning van kunst en cultuur. Kunst en cultuur zijn het eigendom en het probleem van de overheid geworden. De burger als eigenaar en opdrachtgever van kunst en cultuur is buiten beeld geraakt.

 De kunstenaar is mede door de subsidiering vervreemd geraakt van zijn publiek; zijn eigenlijke afzetmarkt en beoordeler. Subsidie van de overheid was verzekerd en andere inkomsten waren dus van minder belang. Publiek was voor veel kunstuitingen geen noodzakelijke factor om te overleven.

Dit heeft als gevolg gehad dat het merendeel van de bevolking kunst als iets hoogst elitair beschouwt en er dientengevolge nooit mee in aanraking komt. Ze zoekt haar heil in andere zaken en neigt naar vervlakking en populistisch consumentisme. Zo blijft er een schat liggen.

 DJOOLS stelt dat die twee grootheden elkaar weer moeten vinden. Het actualiseren van het begrip Mecenas, als de beschermheer van de kunsten, geeft een nieuwe impuls aan de financieringsmogelijkheden voor de kunsten. Het positieve is dat alles al aanwezig is. Er is kunst en cultuur genoeg, genoeg publiek, genoeg (nieuwe) welvarende mensen die kunstminnend zijn. Het dient alleen met elkaar verbonden te worden.

Definitie Mecenas:

Een Mecenas is geen vervanger voor een subsidie. Het is een nieuwe vorm van samenwerken, met nieuwe denksystemen en mogelijkheden. Bij het contact met Mecenassen dient men zich dus ook meer te gaan richten op diens wensen en motieven. De Mecenas wil vertrouwen, waardering, status en een vleugje onsterfelijkheid. Hij moet weer gestimuleerd worden zich in te zetten voor kunst en cultuur. Het moet weer ‘hip’ en ‘done’ worden in het openbaar aan kunst te geven; het anonieme geven dient publiekelijk te worden. ‘Peer pressure’ is voor het ontwikkelen van modern Mecenaat van groot belang.

Mecenas in natura:

DJOOLS wil verschillende vormen van Mecenaatschap ontwikkelen; een manier waarop eenieder kan geven aan een ander. Een onderdeel van het Mecenaat is het doorgeven van haar kennis aan de jonge garde. Oud-ondernemers, succesvolle kunstenaars en creatieven geven hun kennis door aan de jongere kunstenaars en creatieven door coaching en begeleiding. Dit geldt ook voor het personeel en de beleidsmatige kant binnen DJOOLS in de vorm van stages.

 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 


No Responses Yet to “Nieuw Mecenaat”

  1. Geef een reactie

Plaats een reactie